Whatsapp Facebook X LinkedIn Instagram RSS feed

'Hoveniers moeten zich verdiepen in wat planten nodig hebben, niet in wat het meeste opbrengt'

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Willemijn van Iersel, donderdag 12 november 2020
386 sec


De duurzaamste hovenier van 2020 zou het liever duurzamer zien in de branche

De derde kandidaat in de rubriek Hovenier in het Vizier is Tinka Chabot van S-Kwadraat. Chabot is uitgeroepen tot duurzaamste hovenier van 2019. Naast duurzaam is Chabot ook kritisch. Ze ziet veel misgaan in de sector en kaart dat graag aan. 'Hoveniers zouden zich eens moeten verdiepen in wat planten nodig hebben, niet in wat op het moment van aanleg het meeste opbrengt in de portemonnee. De manier waarop er nu gehovenierd wordt, is vaak een recept voor teleurstelling en ontevredenheid bij de klanten.'


Ik ontmoet Chabot midden in het centrum van Arnhem in haar benedenwoning. Het lijkt een klein appartement, maar als de voordeur opengaat, blijkt het een ruime woning mét een grote stadstuin. Chabot is actief als zelfstandig hovenier en werkt daarbij veel samen met andere gespecialiseerde zelfstandigen. Vrouwelijke hoveniers zijn helaas nog steeds een zeldzaamheid, zeker in de aanleg. Met haar andere aanpak vindt Chabot het werken in een mannenwereld uitdagend. Toch is die andere aanpak tegelijkertijd een van haar grootste krachten, vindt ze. 'Ik ben er ook van overtuigd dat je als vrouw een stuk respectvoller omgaat met beplanting dan veel mannelijke hoveniers.'
Met haar visie en aanpak ervaart ze regelmatig weerstand in de sector. Toch ziet ze het als haar missie om misstanden aan te kaarten. 'Ik zou zo graag zien dat er op een veel duurzamere manier wordt gehovenierd in Nederland. Als ik me daarvoor tegen dingen aan moet bemoeien, ga ik dat niet uit de weg. Door mijn andere werkwijze word ik er vaak bij gehaald als klanten na enkele jaren niet tevreden zijn met het resultaat in hun tuin. Mijn motto is: respect voor de plant is respect voor de klant. Dat betekent dus dat je de optimale plek voor een plant uitzoekt. Zo krijgen bomen en struiken voldoende ruimte om uit te groeien tot een mooie, natuurlijk ogende boom of struik. Liever wat minder planten in een tuin dan dat ze elkaar staan te verdringen. Daarvoor moet je wel weten hoe groot de plant wordt. De hoogte is vaak niet de beperking, de breedte wel. Het is dus belangrijk om ook die eigenschappen van planten te kennen.'


'Dat is makkelijker, goedkoper en beter voor de plant én de klant'

Misstanden

'Ik zie bijvoorbeeld vaak dat bomen en struiken te dicht op elkaar worden geplant, of te dicht tegen een gevel of schutting, zodat ze niet meer in de dikte kunnen groeien. Ook zie ik dat leibomen, die ontzettend veel onderhoud nodig hebben, echte modeplanten zijn. Er worden nog steeds invasieve exoten aangeplant. En wat te denken van de dubbele of driedubbele beukenhagen en klimopplanten die op 15 cm van elkaar zijn geplant? Zo is het inderdaad snel dicht, maar daarna begint de ellende. Je knipt je het apenzuur om de planten in toom te houden.'
Het eerste wat Chabot dan doet, is het aantal struiken verminderen, de bomen verplanten en de hagen uitdunnen. Kortom, alles de ruimte geven om mooier uit te groeien. Chabot ziet steeds meer tuinen die onderhouden worden met de heggenschaar. Dat vindt ze zonde van de kostbare planten. 'Er komen veel minder bloemen en vruchten aan, omdat die er steeds uitgeschoren worden. Op mijn commentaar antwoorden hoveniers vaak: Ja, maar de klant wil het zo. Dan zeg ik: Nee, de klant dénkt dat het zo hoort, maar hij of zij huurt jou als vakspecialist in voor je advies en kennis. Gebruik die dan ook.'


Tegen hagen, gazons en bestrating

Chabot verbaast zich ook over de grote hoeveelheid hagen, gazons en bestrating die in hedendaagse tuinen wordt toegepast. 'De moderne mens heeft steeds minder tijd en zin om zijn tuin bij te houden. Toch kiezen hoveniers massaal voor hagen, gazons en bestrating, terwijl die de allermeeste tijd kosten. Ik ben een luie hovenier en pas deze zaken het liefst zo min mogelijk toe. Verder wordt er veel dezelfde beplanting gebruikt in Nederland: veel saaie groenblijvende beplanting, Annabel, lavendel en taxus- en beukenhaagjes. Dit terwijl iedereen weet wat er gebeurt bij een monocultuur: taxuskever, processierups, buxusmot, kastanjemineermot, noem maar op. Plagen en ziektes kunnen zo razendsnel om zich heen grijpen, nog afgezien van het feit dat zulke tuinen weinig bijdragen aan de biodiversiteit. Ook dát vind ik een belangrijke taak voor de hedendaagse hovenier: het vergroten van de biodiversiteit. En dat hoeft niet zo ingewikkeld te zijn.'


Chabot zorgt dat er in haar tuinen een mengsel komt van bloeiende vaste planten, die vrijelijk door de tuin mogen marcheren. Die zorgen zelf dat ze op de fijnste plek komen te staan. Ze gelooft daarom ook niet in een strak beplantingsplan. 'In zo'n plan moeten planten op dezelfde plek blijven staan, anders klopt het plan niet meer. Maar soms vinden planten het ergens anders fijner. Dat laat ik dan gebeuren. Het enige onderhoud dat ik doe is de hardste groeiers in toom houden, zodat andere planten ook blijven bestaan. Daar heb je dan wel plantenkennis voor nodig: welke plant moet ik in de gaten houden en welke moet ik iets meer ruimte geven?'

'Ik word echt verdrietig als ik zie hoe weinig ecologisch er gehovenierd wordt in Nederland'

'Men doet het vaak voorkomen alsof iedereen kan tuinieren, alsof het zo simpel is. Maar het is een echt vak en daar heb je vakkennis voor nodig. Ik geef sinds een aantal jaar ook snoeicursussen aan particulieren. Daarin zeg ik altijd: neem de plant als uitgangspunt. Werk vandaaruit en dwing planten niet in te kunstmatige vormen. Ik snap de hausse van lei- en bolbomen en dakplatanen ook niet. Door de jaarlijkse snoei komt er geen bloem in, laat staan vruchten, dus de biodiversiteit van die vormbomen is nul. Wel vergen ze heel veel werk, ieder jaar weer. De functie is inkijk voorkomen en/of schaduw geven. Het grappige is: dat doet één enkele volgroeide boom toch ook?'

Controle

'Bij veel mensen leeft het idee dat alles onder controle gehouden moet worden, ook in de tuin. Strakke vormen, rechte lijnen. De ideale strakke tuin ziet er op een plaatje of foto vlak na de aanleg prachtig uit, maar is een recept voor teleurstelling en een ontevreden klant. De natuur laat zich moeilijk dwingen in strakke vormen en zoekt haar eigen weg. Zo was ik laatst bij een klant waar de zeer grote keramische tegels (120 x 120 cm) verzakt waren, al binnen twee jaar. De klant was helemaal teleurgesteld, want het waren heel dure tegels. Maar dat soort dingen gebeurt gewoon in de natuur. Probeer die tegels dan nog maar eens recht te leggen. Die wegen 120 kg per stuk. Ik adviseer altijd zoveel mogelijk halfverharding. Even een hark erover en het ligt weer recht. Of kleinere steentjes. Die til je op, handje zand eronder: klaar.'
Mensen benaderen me ook vaak omdat er een bruin blad of een of andere aantasting in hun boom of struik zit. Dat moet dan meteen verholpen worden. Ik probeer dan uit te leggen: dode blaadjes en verval zijn ook een natuurlijk fenomeen. Dit hoeft niet direct te betekenen dat er iets aan de hand is. Wat daarbij meespeelt, is dat je in veel tuinbladen alleen maar perfecte tuinfoto's ziet. Ik heb onder mijn klanten eens een wedstrijdje uitgeschreven: als je een bruin blaadje of uitgebloeide bloem in een tuinblad vindt, kom ik gratis je tuin doen. Nou, dat heeft nog niemand gewonnen.' Chabot vervolgt: 'Zijn er daarentegen ernstige aantastingen, zoals een rupsenplaag, meeldauw of heel veel luizen, dan betekent dat vaak dat de plant het niet naar zijn zin heeft: hij is verzwakt en dus vatbaar. Verkeerde grondsoort, te droog, te nat, te weinig zon of juist te veel. Dat luistert nauw bij sommige planten en dat moet je weten. De bodem en de standplaats zijn dus heel belangrijk; die zijn allesbepalend.'


Chabot denkt dat het al misgaat bij de hoveniersopleiding én bij het idee dat iedereen zonder groenopleiding hovenier kan worden: 'Ik leerde vroeger dat je zeven à elf vaste planten per vierkante meter moest toepassen. Maar dat is veel te veel. Dan ben je later constant aan het dunnen in de tuin. Ook leerden we dat bemeste tuinaarde in de tuin het summum was. Het gevolg is vaak dat de hele tuin afgegraven dan wordt, want er moet zogenaamde "goede grond" in. Vervolgens explodeert de aanplant letterlijk, omdat het groeit op een extreem rijke voedingsbodem. Waarna je continu bezig met om het onder controle te krijgen, want het moet er wel netjes uitzien.'
Chabot probeert juist rust te creëren in een tuin: 'Dus ik kies planten uit die het goed doen in die omgeving of op die grond en standplaats. Als de bodem erg rijk is, verschraal ik hem juist. Dat is makkelijker, goedkoper en beter voor de plant én de klant. Na mijn hoveniersopleiding heb ik de hogere bosbouwschool in Velp gedaan; dat heet tegenwoordig Van Hall Larenstein. Daar heb ik geleerd om op een andere manier naar bodem en vegetatie te kijken. De behoeftes van de plant kwamen voor mij centraal te staan en ik leerde te kijken naar het totale plaatje en niet alleen naar de vorm.'


Beschermd beroep

'Ik vind eigenlijk dat hovenier weer een beschermd beroep moet worden. Iedereen kan zich hovenier noemen, zonder de juiste achtergrond of kennis, en dat gebeurt maar al te vaak. Het is natuurlijk ook een prachtig vak, maar nu lijkt het net of je er geen kennis voor nodig hebt. Hoveniers kunnen nu overal keurmerken voor krijgen, vaak tegen betaling, om toch vakkennis en professionaliteit uit te stralen. Ik zou ook wel een keurmerk willen hebben, maar alleen omdat ik goed ben in mijn vak, niet omdat ik ervoor moet betalen en daar het keurmerk mee binnensleep. Gooi mij maar voor de ballotagecommissie. Het winnen van het predicaat Duurzaamste Hovenier beschouw ik als een keurmerk voor mijn kennis en kunde.'


'Men doet het voorkomen alsof iedereen kan tuinieren. Maar het is een vak en daar heb je vakkennis voor nodig'

Plantreactie

Chabot heeft zich met haar hoveniersbedrijf gespecialiseerd in snoeien. Daar staat de S van S-Kwadraat deels voor. De andere staat voor schrijven, maar dat komt er weinig van. Helaas ziet ze het vaak fout gaan bij snoeiwerkzaamheden. 'Boomverzorgers en hoveniersbedrijven denken vaak dat ze goed kunnen snoeien, maar ik zie zoveel mismaakte bomen en struiken. Een boom of struik kapotknippen is zo gebeurd; het herstellen ervan duurt vaak jaren. Bomen worden door mij bijvoorbeeld nóóit getopt. Daar worden bomen extreem lelijk van, helemaal als je dat in de winter doet. Je krijgt dan vaak een explosie van waterloten en de natuurlijke vorm is voor altijd verloren. Daarbij is de beperkende factor in de tuin vaak de breedte en niet zozeer de hoogte. Bomen kunnen tot in de hemel groeien, dus waarom zou je ze toppen? Een boom klein houden lukt hooguit één jaar. Daarna is hij minstens net zo hoog, zo niet hoger, en heel lelijk. Ik kroon een boom in zo'n geval op en dun hem maximaal 20 procent uit. Naar mijn mening zouden veel boomverzorgers veel zorgvuldiger te werk moeten gaan, met meer respect voor de plant.'


Ik vraag of Chabot soms niet moe wordt van het uitdragen van haar inzichten. Vastberaden zegt ze: 'Nee, al is er maar een beginnetje van een veranderend inzicht bij hoveniers en mijn klanten, dan ben ik al blij. Verder beleef ik er plezier aan als mijn klanten zich realiseren dat hun tuin veel prettiger is geworden door mijn adviezen en werkzaamheden. Meestal zie je niet dat ik geweest ben, maar je ervaart het wel. Ook aan de bult groenafval kun je zien dat ik hard gewerkt heb. En zo hoort het ook.'

S-Kwadraat

Sinds 2007
30% aanleg, 70% onderhoud
Zelfstandig hovenier
€ 45 per uur

Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Elisabeth Scholt
Thursday 12 November 2020
Deze visie kan ik alleen maar onderschrijven! Ik maak precies hetzelfde mee bij mensen die me om advies vragen. Niet alle groen is duurzaam of onderhoudsarm, maar de mode dicteert, onwetendheid regeert en korte termijn belang prevaleert, te vaak. Dat moet en kan echt anders en beter! Om te beginnen zou elke leverancier van planten, heesters en bomen bij benadering iets over de afmetingen in lengte en breedte van volgroeide exemplaren kunnen melden. Op mijn vraag waarom dat niet gebeurt, zelfs bij respectabele bedrijven, kreeg ik het verbluffende antwoord: omdat mensen gemiddeld om de 8 jaar verhuizen.... Ja, en? Een nieuwe bewoner heeft toch alleen maar last van veel te groot geworden beplanting?

download artikel

Tip de redactie


ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER